Kiezen Kiezen
Waarom zou je voor de ene of de andere godsdienst kiezen?

Uit gewoonte
Mijn religieuze gevoel laat ik sturen en voeden door de Joods-christelijke traditie, met name de bijbel en het geloof van de kerk. In die traditie ben ik nu eenmaal opgegroeid en die is me ondertussen vertrouwd en dierbaar geworden. Het geeft me een oriëntiatie in het leven. Het zou wel mooi zijn om de andere godsdiensten ook zo van binnenuit te leren kennen. Maar dat is nu eenmaal onmogelijk. Zo lang ik met het christelijk geloof uitkom is er geen reden om naar wat anders uit te zien.

Meer dan gewoonte

Geloof is een kwestie van geloof. Van vertrouwen. Je kunt niet aan jezelf of aan anderen bewijzen dat het allemaal waar is. Maar als je je inlaat met de verhalen uit de bijbel, ihb wat de evangeliën over Jezus vertellen, dan kan het gebeuren dat je opeens met grote helderheid ziet wat er aan de hand is met jezelf en de mensen in het algemeen. En je kunt geraakt worden door de volgehouden liefde die Jezus bewijst aan mensen die hem allemaal in de steek laten, verraden, martelen enz. En op het moment dat je zou denken dat de mensheid een hopeloos geval is, vertelt het evangelie dat Jezus is opgestaan. Dat zijn liefde al ons geweld te boven komt. Die functie heeft vooral de lijdensgeschiedenis van Jezus. Daarom noem ik de Passio het sleutelverhaal voor het geloof.
De andere godsdiensten geven ook sleutelverhalen, en er zijn er nog meer, bv dat van de evolutietheorie, de klassenstrijd of het neo-liberalisme. Die geven je een andere blik op het leven, de mensen, de toekomst van de aarde enz. Daar kun je ook voor kiezen. Maar christenen laten zich de ogen openen door wat de bijbel over Jezus vertelt.

Afgeleerd en bijgeleerd
Door bewust voor een traditie te kiezen, leer je die steeds beter kennen en verbinden met wat het leven je brengt. Je geloof verandert daardoor voortdurend: wat eens belangrijk leek, blijkt later een bijzaak te zijn; en omgekeerd: wat je vroeger voor een kleinigheid hield, kan later heel fundamenteel blijken te zijn. Ik dacht:
  • dat ik de bijbel letterlijk moest nemen. Inmiddels weet ik dat 'letterlijk nemen' niet past als het gaat om oud-Oosterse geschriften. Mythische verhalen zijn wat anders dan historische verslagen. Een gelijkenis lees je anders dan een spreuk. En psalmen zijn nog weer anders.
  • dat de bijbel één boek was, zonder fouten of tegenstrijdigheden. Inmiddels is bekend dat de bijbel uit vele geschriften bestaat. Weliswaar geïnspireerd, maar door mensen geschreven die (net als wij) kind van hun tijd waren. Hun ideeën over schepping, leven en natuur zijn die van de toenmalige wereld, voor een deel achterhaald.
  • dat de bijbel op alle vragen een antwoord had. Nu is wel duidelijk dat er voor medisch-ethische en andere kwesties er in de bijbel geen antwoord staat. Op z'n best vind je er algemene principes en moet je zelf een zo goed mogelijk antwoord bedenken.
  • dat geloofskennis 'bewezen' kennis was, vergelijkbaar met de objectieve kennis van wetenschap. Maar objectiviteit bestaat niet in het geloof. De kennis van het geloof is relationeel, dwz komt voor uit verbondenheid met God. Binnen die relatie is het geloof tot op zekere hoogte inzichtelijk, logisch en waar; aan buitenstaanders valt het geloof niet goed uit te leggen. Voorleven kan wel, en het verhaal van Jezus vertellen.
  • dat geloof in God een speciaal verticaal lijntje tussen God en mij vereiste, buiten alles en iedereen om, zodat wij over en weer contact met elkaar kunnen onderhouden. Maar zo werkt het in mijn geval niet. Ik ben niet voor mystiek in de wieg gelegd. De verhalen van de bijbel, de liederen, gebeden en sacramenten van de kerk leveren mij wel een geestelijke wereld op, een symbolisch universum (samengevat in mijn 13 punten) waardoor ik mij geïnspireerd voel. Ik moet dan wel een beetje worden als een kind en me mee laten nemen door de verhalen en de liturgie.
  • dat het belangrijk was om veel van de bijbel te weten en je geloof te begrijpen. Nu weet ik dat het niet onbelangrijk is, maar ook dat je het allemaal moet kunnen loslaten omdat de werkelijkheid van God dat alles overtreft.
  • dat Jezus een voorbeeld is van een goed mens. Dat is hij inderdaad. Maar ik ontdekte ook dat in zijn goedheid Gods liefde schuilgaat. In Jezus heb ik met God te maken. Met God die de strijd met het kwade aangaat en daaraan lijkt te bezwijken, maar op de derde dag blijkt de Overwinnaar te zijn. Als het over Jezus gaat moeten we met twee woorden spreken: God en mens.
  • dat ik van een ingewikkeld verhaal over Jezus' kruis en dood moest geloven dat daardoor mijn schuld was 'weggedaan'. Helemaal buiten mij om. Dat zal zo zijn. Maar inmiddels voel ik dat het andere ook waar is: het gaat helemaal niet buiten mij om: ik voel me mee verantwoordelijk voor zijn lijden, en weet me meegenomen in zijn dood en opstanding.
  • dat het erom ging om na dit leven in de hemel te komen. Dat heb ik bijgesteld: het gaat om het leven hier en nu. Dat er gerechtigheid is op aarde en mensen tot hun recht komen. Met dat visioen eindigt de bijbel. Het zal er ooit van komen. En wie vòòr die tijd gestorven zijn, worden tot die dag bewaard in de hemel bij God. Om dan herschapen op te staan en Gods nieuwe wereld te bewonen.
     
terug