Qumran

De moeilijk bereikbare grotten bij Qumran. (Met dank aan Pixabay beautyjm0103)
Qumran

Inleiding
In 1947 gaat een bedoeinen-herder bij de Dode Zee op zoek naar een geit die tegen de bergen opgeklommen en uit het zicht verdwenen was. Bij toeval ontdekt hij een grot en daarin ziet hij een paar aarden potten staan. Als hij de inhoud gaat bekijken vindt hij niet de verhoopte gouden munten, maar oude handschriften. Die zouden veel kostbaarder blijken te zijn dan hij toen dacht.









Locatie
Qumran is de naam van een klein dorpje bij de Dode Zee. De oudste sporen van bewoning zijn van rond 600 vC. Vanaf ongeveer 140 vC zijn er weer bewoners die er huizen, voorraadschuren en waterbekkens aanleggen. De bloei lijkt geweest te zijn tussen 100 - 50 vC. Van de bebouwing is weinig meer over. Een aardbeving in 31 nC richtte grote schade aan, waarna de bewoners vertrokken. Ttv Herodes Archelaus (4 vC - 6 nC) is het opnieuw bewoond geweest tot 68 nC. Dan maken Romeinse legioenen een ruïne van de nederzetting.

 

Handschriften
Het plaatsje is 1947 bekend geworden door de vondst van vele handschriften die in kruiken waren gedaan en in grotten in de bergachtige omgeving waren opgeborgen. Dat gebeurde waarschijnlijk kort voordat de Romeinen de plaats zouden verwoesten. In de jaren na de vondst is de omgeving nauwkeurig onderzocht en zijn er in 11 grotten manuscripten aangetroffen.

De handschriften kregen een naam met allereerst de vindplaats: 1Q betekent grot 1 van Qumran, 2Q grot 2 van Qumran enz. Daarop volgt dan een cijfer of getal: 6Q19 = het 19-e fragment uit grot 6. Ipv een getal kan er ook een letter of afkorting staan: 11QPs = Psalmen uit grot 11 van Qumran. Er zijn 900 teksten gevonden, variërend van complete rollen tot kleine snippertjes (ong 300). De taal is overwegend Hebreeuws, soms Aramees. De handschriften worden bewaard in de 'Schrijn van het Boek', een vleugel van het Israël Museum in Jeruzalem.

 

Een bont geheel
Inmiddels is alles in kaart gebracht, bestudeerd, vertaald en gepubliceerd. Welke handschriften zijn er gevonden?

  • Alle oud-testamentische boeken muv Nehemia en Esther. Zelfs een rol met de complete tekst van Jesaja.
  • Apocriefe (bv Tobit) en pseudepigrafische geschriften (bv Henoch) van voor 120 vC die al langer bekend waren.
  • Geschriften waarvan men tot de vondsten in Qumran niet wist dat ze bestonden: wetsliteratuur, orderegels, poëtische geschriften, liturgische teksten, apokalyptische geschriften, actualiserende bijbeluitleg, hervertellingen van bijbelse verhalen, astronomie, kalender, horoscopen, een raadselachtige koperen rol.

 

Bewoners
Wie de bewoners waren, valt voor een deel op te maken uit de archeologische gegevens: de ruïnes, graven, muntjes spreken een eigen taal. Kunnen we de bewoners ook linken aan de teksten uit de grotten? Er zijn geleerden die dat bestrijden, maar de ouderdom van de teksten, en van de kruiken waarin ze gevonden zijn, komt overeen met de tijd dat Qumran bewoond was. Dan is aannemelijk dat de schrijvers, lezers, gebruikers onder de bewoners moeten worden gezocht, en dat de teksten ook iets zeggenover de gemeenschap in Qumran.

Met dit laatste moeten we wel terughoudend zijn: de gevonden teksten zijn een zeer bonte mengeling religieuze geschriften. Geloofden de bewoners dit allemaal? Hebben ze misschien ook uit interesse schriftrollen verzameld? Of om andere redenen? Welke geschriften zijn in Qumran origineel bedacht en geschreven, en welke overgebracht misschien vanuit Jeruzalem?


Qumran-Essenen
In de geschriften van Flavius Josephus (37 - 100 nC) en andere antieke auteurs is sprake van een groepering genaamd Essenen. Er is veel voor te zeggen om de bewoners ook tot de Essenen te rekenen. Als we dat dan maar niet opvatten als een duidelijk te bepalen groep of secte met als centrum een kloosterachtige gemeenschap in Qumran. De Essenen zijn een brede volksbeweging geweest, met vele uiteenlopende opvattingen. Als gemeenschappelijk kenmerk mag gelden de apokalyptische overtuiging dat ze leefden in het laatste der dagen, omdat het koninkrijk van God elk moment kon aanbreken. Essenen kon je in het hele Joodse land aantreffen. Een aantal van hen trok zich in de woestijn bij de Dode Zee terug om zich op het komende rijk voor te bereiden. Zij zijn de bouwers en bewoners van de nederzetting Qumran geweest. Het best noemen we hen Qumran-Essenen om ze van andere Essenen te onderscheiden.

 

Oorsprong
De oorsprong van de Essenen gaat terug op de tijd kort na de ballingschap. In Israël is dan een relatieve vrijheid. Jeruzalem mag weer opgebouwd worden en er komt een nieuwe tempel (538 - 515 vC). Volgens Ezra is de leiding in het begin (520 vC) nog in handen van een priester (Jozua) en een stadhouder (Zerubbabel).
 

Omdat de Joodse cultuur voortdurend buitenlandse (hellenistische) invloeden ondergaat, krijgen steeds meer mensen het gevoel, dat dat niet goed is. Zij vormen kleine groepen van zgn Chassidim (Hebreeuws voor getrouwen of vromen) of Asidaioi (Grieks) die er messiaanse verwachtingen op na houden. Na de ontwijding van de tempel door Antiochus IV (167 vC) ontstaat er gewapend verzet van de zgn Makkabeeën. Zij slagen erin de macht te verwerven, reinigen de tempel en leveren enkele generaties de koning van Israël. Deze Hasmonese koningen vervreemden zich echter van grote delen van het volk vanwege hun macht, rijkdom en levenswijze. Als in 141 vC Simon koning wordt en ook nog de hogepriesterlijke waardigheid claimt, zijn het niet alleen de Chassidim die daar grote moeite mee hebben, maar ook enkele priesterlijke families. Zij, priesters en leken, beginnen de nederzetting in Qumran olv de 'Leraar der Gerechtigheid'. Deze Leraar was waarschijnlijk een priester uit Jeruzalem die het niet kon verdragen dat de functies van koning en hogepriester door één mens - Simon - werden uitgeoefend.
 

De bewoners zien in deze Leraar de beloofde profeet (Deut 18: 15.18 en Mal 3; 23v) die zou komen voorafgaande aan de komst van de twee Messiassen.  Een koninklijke voor politieke zaken en een priesterlijke voor het religieuze terrein (Num 24: 17b). Tot in de messianologie komt naar voren hoezeer men moeite had dat de religieuze en politieke leiding in één hand was komen te liggen. 

 

Splitsing
Bij een conflict tussen de Leraar en de Hogepriester in Jeruzalem nav een geschil over de datum van het feest van grote Verzoendag, komt de Leraar echter om het leven. Daardoor komt het tot een splitsing:
(1) Voor een deel van de Chassidim is het duidelijk, dat ze zich in de verwachting van het komen van Gods rijk hebben vergist. Zij verliezen hun apokalyptische vuur en verleggen hun koers: ze gaan vooral bezig met de Torah en de uitleg daarvan. Van de achterblijvers (2) krijgen zij de naam Farizeeën = afgescheidenen, afgevallenen, dissidenten.
Hun veelkleurige uitleg van de Torah is eerst mondeling, wordt later opgeschreven (Misjna), van commentaar (Gemara) voorzien en verzameld in de Talmoed.

(2) Het andere deel van de Chassidim gaat precies de tegenovergestelde kant op. Zij leggen zich des te meer toe op een zuiver leven in kleine kringen en vooral in de woestijn (Qumran), in afwachting van het komende Rijk. Antieke auteurs gaven deze mensen de naam Essenen (het is niet bekend wat deze naam betekent), zij zijn verantwoordelijk voor de geschriften van Qumran, waarbij vooral de pseudepigrafische en unieke Qumran-geschriften opvallen

Naast deze beide protestbewegingen waren er:
(3) de Sadduceeën of hogepriesterlijke elite (genoemd naar Sadok, de naam van een hogepriester uit de tijd van David). Zij hadden te veel te verliezen om bezwaar te maken tegen de vermenging van religieuze en politieke macht in Jeruzalem.
(4) de Zeloten, (Grieks: ijveraars) die daar zoveel moeite mee hadden, dat ze in gewapend verzet gingen.

 

Belang (1)
Voor wie de bijbel beter willen begrijpen, ligt het belang van Qumran niet zo zeer in de bewoners, maar veel meer in de geschriften die in de grotten zijn gevonden. Zij geven ons een unieke inkijk in het religieuze gedachtengoed van het Joodse volk rond de eeuwwisseling.
 

Allerlei bekende uitdrukkingen en voorstellingen in het Nieuwe Testament vinden we in Qumran terug. Daardoor kunnen we soms het Nieuwe Testament beter begrijpen.
 

De vroomheid in Qumran was gericht op gerechtigheid. Door heel nauwkeurig de wil van God te doen incl de heilige dagen op de kalender en de tempelvoorschriften hoopte men dat het met Israel en de wereld toch nog in orde zou komen. Al zou maar op één plaats (Qumran) die gerechtigheid waargemaakt worden. Tegen die achtergrond is des te meer de boodschap van het Nieuwe Testament te begrijpen: dat die gerechtigheid door één mens is vervuld.
 

Evenals de jonge kerk is de gemeenschap in Qumran een bekeringsbeweging, gericht op de vernieuwing van het volk. Het gaat om bekering en doop, om nieuw mens te zijn (kinderen van het licht), om het nieuwe verbond, om zonde en genade of rechtvaardiging. We vinden in beide vermaningen, opsommingen van deugden en ondeugden, visioenen, het hemelse Jeruzalem, het einde der tijden
 

De verschillen met het Nieuwe Testament zijn er echter ook: in de Qumran teksten is geen sprake ven een Koninkrijk van God dat er hier en nu aanwezig is. In het Nieuwe Testament spelen allerlei charismatische mensen een grote rol. Dat vind je in Qumran niet terug. Evenzo ontbreken wonderberichten en geestuitdrijvingen, evenals martelaren, de verzoeningsdood, of een algemene opstanding der doden.
 

Johannes de Doper heeft een zekere verwantschap met de Qumran-Essenen, en Jezus eveneens, maar verschillen zijn er ook. En wel zo veel, dat het niet voor de hand ligt om Johannes de Doper of Jezus tot de Qumran-Essenen te rekenen. Paulus hoort daar nog veel minder bij.
 

Belang (2)
De oorspronkelijke teksten van het Oude Testament zijn in de loop van de eeuwen verloren gegaan. Tot 1947  was de oudste tekst van de complete Joodse bijbel een handschrift uit het begin van de elfde eeuw. Deze tekst is de basis van de moderne bijbelvertalingen.
Nu zijn in Qumran meer dan 200 manuscripten met bijbelse teksten gevonden, meer dan 1000 jaar ouder dan de oudste die we hadden. En wat blijkt: de huidige bijbeltekst verschilt maar heel weinig met die uit Qumran. Maw de copiïsten gingen de eeuwen door zeer nauwkeurig te werk
!

terug