Hemelen Hemelen
Hemel(en)
Naar bijbels besef is er behalve de aarde een hemel daarboven en een onderwereld daaronder. Voor hemel heeft het Hebreeuws het woord sjamajim (420 x). Soms wordt de hemel ook aangeduid met het synoniem raqi (firmament, zelfs 9x in Gen 1: 6 – 20).

Etymologie
Het woord sjamajim zou oorspronkelijk gevormd kunnen zijn uit een betrekkelijk voornaamwoord sje + majim (water). De oorspronkelijke betekenis van sjamajim zou dan zijn: ‘waarvandaan het water’ (komt).
Een andere verklaring is dat het teruggaat op een stam die regen betekent.*

V
orm
Afgezien van de uitdrukking 'hemel der hemelen' (zie hieronder) komt het woord nooit in het enkelvoud sjameh (hemel) voor. Het is altijd een meervoud sjamajim, een zgn plurale tantum, dat als een enkelvoud vertaald wordt. Zulke woorden zijn er meer: bv panim (aangezicht), chajim (leven) elohim (God, soms ook ‘goden’) majim (water)

Het Hebreeuws heeft echter behalve enkelvoud en meervoud ook een speciale vorm voor dingen die in tweevoud voorkomen. Die vorm heet een dualis. Voorbeeld: handen. Het enkelvoud is jad (een hand), de dualis is jadajim (een paar handen), het meervoud is jadim (een x aantal handen).

Het opvallende is nu, dat sjamajim de vorm heeft van een dualis: het eindigt op ajim.
De normale meervoudsvorm voor hemelen zou sjamim zijn, maar die komt nergens voor.

Hoe te vertalen?
Wie in het bijbels Hebreeuws wilde spreken over één hemel (enkelvoud), een paar hemelen (dualis) of nog meer hemelen (meervoud) heeft voor al die gevallen dus maar één woord tot zijn beschikking: sjamajim
De vraag is dan: moet deze vorm inderdaad als een plurale tantum opgevat worden (net als panim en chajim) en overal met hemel (enkelvoud) vertaald worden?
.
Er zijn aanwijzingen dat altijd het besef is levend gebleven dat met sjamajim meer dan één hemel is bedoeld:
  • In een zin met sjamajim als onderwerp staat het werkwoord in het meervoud, bv Jes 51: 6 letterlijk: al vervliegen de hemelen als rook
  • Er is die merkwaardige uitdrukking ‘ ha sjamajim oe sjeme ha sjamaim‘ (letterlijk de hemelen en de hemel der hemelen) in ((Deut 10: 14; 1 Kon 8: 27; 2 Kron 2: 6, 2 Kron 2: 18; Neh 9: 6 waarbij ‘de hemel der hemelen’ de hemel bij uitstek is, de woonplaats van God (Ps 68: 33; 148: 4) te onderscheiden van de gewone sjamajim. (zoals 'sjir ha sjirim' het lied der liederen, het lied bij uitstek is, het Hooglied)
  • Paulus schrijft (2 Kor 12: 2) dat hij in de ‘ ...tot in de derde hemel werd weggevoerd…’

Een antwoord
Ik denk dat sjamajim in veel gevallen inderdaad een plurale tantum is die met een enkelvoud is te vertalen. Inhoudelijk gaat het dan om de ‘woonplaats’ van God die de 'God des hemels' (bv Dan 2) heet en 'Koning des hemels' (Dan 4: 37) . De hemel als woonplaats is ook bedoeld met de uitdrukking ' de hemel der hemelen. En op vele andere plaatsen als bv Ps 33: 13 ‘Uit de hemel ziet de HEER omlaag …’ (NBV21).
Zeer weloverwogen stelt de schrijver van het scheppingsverhaal dat deze hemel met de aarde nog vòòr dag 1 is gemaakt (Gen 1: 1).

De dualis-vorm wijst op de twee hemelen die bij de geschapen werkelijkheid behoren:
  • de lucht als plaats voor ‘de vogelen of het gevogelte des hemels’ en ‘de wolken des hemels’ (vgl Engels sky) (bv 1 Sam 17: 44, Gen 1: 26;  2 Sam 22: 12)
  • de ruimte als plaats van ‘het heer of de sterren des hemels’ (vgl Engels space) (bv Deut 17: 3, Gen 22: 17)
Dit paar sjamajim werd volgens het scheppingsverhaal op de tweede dag gemaakt. Zij dienen om de wateren boven de hemel te scheiden van de wateren onder de hemel (Gen 1: 6v)

De derde hemel waar Paulus over schrijft betreft de hemel van vòòr dag dag 1: de woonplaats van God. Hij noemt het de derde hemel om niet de indruk te wekken dat God tussen de vogels of tussen de sterren verblijft. Hij is voorbij de eerste en de tweede hemel (transcendent).

Dat de eerste ruimtereiziger, de Russische kosmonaut Gagarin in 1961, zei dat hij God in de ruimte niet was tegen gekomen klopt dus helemaal. Ongewild bevestigde hij de bijbelse boodschap. Tegelijk is het te betreuren dat hij in de reusachtige ruimte niets zag dat hem aan de wijsheid en macht en majesteit van zijn Schepper herinnerde. In die zin had hij Hem toch wel tegen kunnen komen.

Over andere theologische betekenissen van de hemel, zie bij nieuw begin en einde

* Onwaarschijnlijk is de verklaring dat sjamajim is samengesteld uit esj (vuur) + majim (water). De hemel zou dan de plek zijn waar de tegenstellingen zijn opgeheven. Weliswaar een mooie gedachte, maar vanuit de etymologie is daar geen enkele aanwijzing voor.
terug