Hnd 19: 23-40
Hnd 19: 23-40
Een boodschap die verzet en tegenwerking oproept. De vervolgde kerk. Dan denken we niet direct aan Nederland. Wat er bij ons gebeurt dat zijn maar speldeprikjes: cabaretiers die het geloof op de hak nemen. Nou vooruit, En als het niet te lomp is zien we er zelf ook nog wel de humor van in.
En we weten maar al te goed: dat hoort bij de vrijheid in ons land: je mag de kerk belachelijk vinden grapjes over God en de bijbel maken maken Net zo goed als dat je blij mag zijn om Jezus en van je geloof mag zingen en getuigen. Spot en bewondering: allebei mag: dat is vrijheid.
Christenvervolging is er bij ons niet. Of het moest de geschiedenis van dhr. van Ooijen zijn. een paar jaar geleden legde hij witte dakpannen tussen de zwarte dakpannen Toen stond er te lezen : Jezus redt.
De burgerlijke gemeente Giessenlanden maakte bezwaar: de tekst zou niet in het landschap passen: zwart – wit: een te groot contrast. Allerlei rechtszaken volgden, sommige won van Ooijen met een beroep op de vrijheid van meningsuiting De laatste, bij de Raad van state, verloor hij
Toch staat die tekst nog steeds op de boerderij: jongeren hadden nl. de witte dakpannen oranje geverfd En over oranje dakpannen stond niets in het vonnis. Uiteindelijk kon de gemeente niet anders dan van Ooijen zijn zin te geven.
Een vervelende geschiedenis... maar om dat nou vervolging te noemen? – Van Ooijen kwam niet in de gevangenis. – Hij gaat nog steeds door met evangeliseren Zolang hij zich aan de wet houdt, is er niets aan de hand.
Of in ons land vrijheid en verdraagzaamheid blijven? Maar laten we ook niet gek op kijken, als het op een dag minder verdraagzaam wordt. Want de boodschap van de kerk, het evangelie kan ook verkeerd vallen, ergernis en woede opwekken. Wie het in de oorlog opnam voor de Joden... Wie vandaag een goed woord doet voor de vluchtelingen... Wie morgen zegt dat het toch niet eerlijk is: een kleine groep steeds rijker en 1 op de 9 kinderen die in armoede opgroeien Die kan zijn borst nat maken.
B Het evangelie prikkelt. Het irriteert. Niet omdat Paulus, of de zendelingen. het leuk vinden om u op de kast te jagen. Veel liever zagen ze dat het goede nieuws van Jezus in goede aarde valt. Dat gebeurt gelukkig vaak genoeg: vooral bij armen, zieken en verschoppelingen. Als Jezus bij hun komt, vindt hij geloof. Maar vaak ook is er irritatie, tegenwerking, vijandschap. Vooral bij mensen die veel te verliezen hebben: Vandaag horen we van Demetrius: Een smid, een werkgever met veel personeel En van winkeliers die hun handel in souvenirs in gevaar zien komen Zij zitten bepaalde niet te wachten op het goede nieuws dat Paulus brengt.
Paulus weet dat natuurlijk ook wel. Toch moet hij gewoon van Jezus vertellen: gedood aan een kruis, opgewekt uit de dood. in hem heeft God laten zien dat zijn liefde alles voor lief neemt : het kruis dat zijn liefde zelfs de dood te boven komt : het lege graf En Paulus weet uit eigen ervaring hoe het leven ervan opknapt als je de liefde van God gelooft de Geest van Christus ontvangt Dat is de vreugde van zijn leven. En waar het hart vol van is, daar stroomt de mond van over. In Efeze waar Paulus jaren woont en werkt, daar doet hij niets liever dan daarvan vertellen en uitnodigen tot geloof.
Maar de mensen in Efeze: die doen toch wel ergens aan die geloven toch wel dat er iets is, een God Jazeker: in Artemis...godin van de vruchtbaarheid Ze vereren een natuurkracht... hebben er een beeld voor gemaakt: een vrouw met 3 rijen borsten Ze hebben er een indrukwekkende tempel voor gebouwd Een van de 7 wereldwonderen van die tijd. Ze leven van de pelgrim-industrie.
Maar Paulus ziet en merkt aan alles hoe het de bewoners ontbreekt aan een band met een Vader in de hemelen ze voelen zich niet zijn kinderen op aarde ze weten zich niet broertjes en zusjes van elkaar. En van een koninkrijk dat komt hebben ze nog nooit gehoord.
Daarom is er zending en evangelisatie; om mensen weg te halen bij Artemis, bij de goden, bij de tijdgeest om ze bij de God van Jezus te brengen, die liefde is.
C De manier van Paulus is die van het gesprek Hij zoekt de mensen op Praat met ze over hun leven en hun geloof Vertelt hun van zijn geloof, van Jezus. Hij neemt de tijd. En altijd is het met groot respect voor wat hun heilig is. Ook al denkt hij er zelf heel anders over.
Het gaat hem om de harten van mensen, om hun ziel. Dat ze iets beginnen aan te voelen van de liefde van God Iets vermoeden van de armoede van hun leven zonder God En zich gewonnen aan Jezus en Gods liefde geloven, ontvangen en daaruit leven: vertrouwend op God toegewijd aan elkaar samen helpende wie geen helper heeft.
Om die innerlijke verandering gaat het. Het is een geestelijke gevecht: om de harten van mensen.
Daar past niet de manier van Isis bij: die zouden de beroemde tempel met de grond gelijk maken het Artemis beeld verwoesten de on-gelovigen het mes op de keel zetten
Zo niet de bijbel want de strijd is niet gericht tegen vlees en bloed, niet tegen mensen; De strijd is geestelijk : het gaat om de geest die in mensen leeft: de geest van ikzucht en ongeloof onze heimelijk aanbidden van geld en bezit onze vooroordelen over vrouwen, homo's, moslims de geest van onverschilligheid en gemakzucht Die moet bestreden worden
Maar de mens die daardoor wordt beheerst, die moet leven...om hem gaat het nu net: dat hij God vindt, de ware God, de God van Jezus.
Wat vreselijk dat het christelijke westen dat wel eens vergeten is: – eindigden ketters op de brandstapel – richtten kruisvaarders een bloedbad aan onder moslims – begon Amerika een nutteloze in Irak
Geen wonder in de arabische wereld de vooroordelen over christenen de haat tegen het westen. We plukken nu de zure vruchten van eeuwen van vijandschap.
D De geestelijke strijd van P heeft succes: hij maakt bekeerlingen, er komt een huisgemeente en later nog een en nog een. Dat merkt Demetrius, de zilversmid. Er komen minder toeristen naar de tempel. minder pelgrims die zijn souveniers kopen Minder toeristische overnachtingen. Het kost weinig moeite om de hele stad te alarmeren. Straks verkopen we niets meer, roept hij En dan vinden de mensen de tempel niet meer belangrijk En dan is het afgelopen met Artemis.
U hoort wel wat voor hem het belangrijkste is: eerst zijn handel dan de pelgrims en de tempel: de toeristenindustrie dan Artemis, de godin, zij op het laatst. Vroomheid of eigen belang? Eigen belang!
de hele stad raakt in rep en roer.
De geestelijke strijd die Paulus voert wordt op een niet-geestelijke manier beantwoord: met paniekzaaierij, en met een hetze tegen de jonge kerk Twee helpers van Paulus worden opgepakt en meegesleurd naar het stadion. 25000 kunnen er in. Het zit vol. Met meelopers: De meesten wisten niet eens wat er aan de hand was. Maar ze joelen wel mee: Leve Artemis van Efeze. Uren lang houden ze het vol.
Wat zullen die 2 mannen bang zijn geweest. Of zouden ze gedacht hebben: t is niet tegen ons persoonlijk...t is tegen Jezus tegen zijn Geest die in ons woont. Dan voel je je zomaar heel kalm en gerust worden sterk in de kracht van het geloof.
Ondertussen zien we hier precies hoe het veel vaker gaat: Mensen opgehitst, In naam van Astarte, van Allah, van God helemaal gek gemaakt En zich dan uitleven op een minderheid die zich niet weren kan Op christenen die geen tegengeweld willen gebruiken Op een kerk die alleen met woorden wil overtuigen met dialoog en getuigenis met volhardende liefde. En die ondertussen net als Jezus bidt: Vader, vergeef het hun: ze weten niet wat ze doen,
De burgemeester komt naar het stadion Spreekt de mensen toe. Legt de feiten op tafel: Paulus en zijn helpers hebben niets gestolen uit de tempel Ze hebben Artemis niet beledigd Dus wat is er nu eigenlijk aan de hand?
Zo'n burgemeester verdient groot respect: hij is geen meeloper, geen opportunist, hij is niet bezorgd om de opiniepeilingen hij zegt niet wat de mensen graag willen horen Hij komt op voor de rechtsorde. Daar kan elke politicus een voorbeeld aan nemen.
En waar er zo'n overheid is, eerlijk, onpartijdig, verdient ze waardering en respect. En past het de kerk voor regering en leiders voor rechters, voor politie en leger te bidden. Dat de rechtstaat overeind blijft. En de vrijheid van geloof en mening beschermd wordt.
Hoe anders gaat het toe in landen waar christenen tegengewerkt, benadeeld en vals beschuldigd worden: in Syrië en Irak, in Egypte. zij hebben van de overheid maar weinig te verwachten nauwelijks bescherming van politie geen eerlijk proces bij de rechters
In Noord Korea is de situatie nog erger: daar is het de overheid zelf, die de kerk vervolgd.
Zullen christenen daar tegen de verdrukking in hun geestelijk gevecht volhouden? Toch van Jezus blijven vertellen van God die liefde is? Mensen uitnodigen mee te doen in het geloof Van vijanden vrienden maken?
Laten we het hopen. We moeten er toch niet aan denken dat angst en verdrukking, dat geweld en bloedvergieten het laatste woord hebben!
Laten we hopen en bidden dat vrede en recht doorbreken de humaniteit een kans krijgt.
F Ik begon met het verhaal van de dakevangelist van Ooijen Dat kon je toch eigenlijk geen christenvervolging noemen
Ik eindig met een verhaal uit de Centraal Afrikaanse Republiek:
In een dorpje Boda waren 60 pastors razend op hun islamitische dorpsgenoten. die hadden de huizen van de pastors verwoest en hun familieleden verkracht en vermoord.
Op een dag kwam er een trainer om te helpen bij het verwerken van hun woede en verdriet. Ze moesten hun haatgevoelens en verwensingen op papier zetten.
Aarzelend begonnen de pastors te schrijven. Uiteindelijk schreven ze al hun frustraties op.
De trainer verzamelde de papieren en zette ze in een rieten mand onder het kruis, voor in de kerk. Daar stak hij alle papieren in brand. En hij zei: Dit is de bijbelse opdracht: heb je vijanden lief.
De volgende zondag kwam de gemeente naar de kerk. Bid voor ons, vroegen de pastors Wij gaan naar de moslims. De gemeente ging bidden en daarna vertrokken de pastors. Wij komen om jullie te vergeven, vertelden ze de moslims.
en leven ze in tenten. Maar omdat zij vergeven konden, spreken ze nu toch geregeld met de leiders van de moslimgemeenschap. AMEN
| ||
terug | ||