Jes 40: 1 - 11
Jes 40: 1 - 11
Jes 40: 1 – 11 ihb: 1Troost, troost mijn volk, zegt jullie God. Zeg tegen de steden van Juda: ‘Ziehier jullie God!’ 11Als een herder weidt Hij zijn kudde: zijn arm brengt de lammeren bijeen, Hij vlijt ze tegen zijn borst, en zorgzaam leidt Hij de ooien. (NBV21)
A groet In de catechismus, een oud leerboek van de kerk is de allereerste vraag: wat is uw enige troost in leven en in sterven beide? Tegenwoordig zou je zeggen: Wat houdt u op de been? Wat maakt je blij, wat is je kracht Wat maakt voor jou het leven de moeite waard? Iemand zei daar heb ik heb nog nooit over nagedacht ik ga gewoon naar school, naar kantoor, in het week-end ga ik uit, ik heb mijn vrienden, Dat gaat vanzelf. Daar heb ik geen troost of kracht of geloof voor nodig.
Maar er zijn ook andere antwoorden: Iemand die mantelzorger was zei: Ik heb een leuke baan, fijne collega’s dat geeft me veel energie. Daardoor kan ik het opbrengen om veel voor mijn oude tante te doen. Een leuke baan die je kracht geeft
En een ander: Ik heb het zwaar in de ploegendienst maar het betaalt wel goed en met kinderen die doorleren is dat hard nodig. Geld verzoent de arbeid
En weer een ander: ik heb heel wat zorgen om m’n kinderen maar ‘s zaterdags langs de lijn bij HHC dan vergeet ik alles als ik weer thuis kom ben ik een ander mens De club als ontspanning.
Zo proberen we allemaal de boel een beetje in balans te houden Aan de ene kant de dingen die zwaar wegen: de zorg voor je tante de ploegendienst de zorgen om je gezin Aan de andere kant de troost van een leuke baan, een goed salaris, een hobby Gelukkig is die kant er ook. Dat heb je nodig. Anders kun je het niet volhouden. Wees er maar zuinig op En dank God maar voor je bakje troost.
B En toch, hoe mooi en belangrijk ook die zegeningen, het is niet genoeg.
Ik had het allemaal: een leuke baan, fijne collega’s, prima salaris, sport Maar toen het op een dag slecht ging met onze kinderen leverde het geen troost: geen moed of kracht meer op. Compleet uit balans. Overspannen. In de put.
En u denkt misschien aan de dag dat je je afvroeg: heb ik het wel goed gedaan? Draaide het niet teveel om ik en mijzelf?
En u denkt misschien aan de dag dat je opeens op de Intensive Care kwam te liggen: je vertrouwen in je lijf, in het leven ernstig geschokt alleen maar angst
De bijbel vertelt van een heel volk: Israel Dat vond zijn kracht, zijn troost, zijn tegenwicht in – de heilige stad Jeruzalem – de prachtige tempel – de priesters, de offers, de liturgie – de feesten, Pasen Daar genoten ze van. En dan vierden ze dat er vergeving was voor wat er mis ging: hun falen en fouten... En dan voelden ze zich weer geborgen in God, in zijn liefde en trouw Hij hou hen zegenen en beschermen.
Maar wat niemand voor mogelijk hield gebeurde toch: – vijanden plunderen het land – verwoesten Jeruzalem en de tempel – deporteren de bevolking ver weg: naar Babel Alles waar het volk moed en kracht uit putte: weg!
Ach, ze wisten wel we hebben het er zelf naar gemaakt: het onrecht in het land: de honger en armoede van zovelen het dienen van andere goden Maar toch: Dat God hen zo in steek zou laten! Was het dan toch geen garantie?: Jeruzalem, de tempel, de offers?
Vroeg of laat maken we het allemaal mee dat de boel uit balans raakt. Misschien wel zo erg dat je het zelfs in de kerk, in je geloof niet meer vinden kunt God onvindbaar, verborgen! iets dat je toch nog moed en hoop geeft? Wat is de enige echte troost?
C Het volk Israel had op die vraag geen antwoord. Eenmaal in Babel is alles erop gericht om het slavenbestaand, de armoede te overleven om als groep niet ten onder te gaan in die grote stad.
Jaren gaan voorbij. De oudste generatie valt weg En met hen de herinneringen aan vroeger Jonge mensen krijgen kinderen Een nieuwe generatie groeit op Zij kennen Jeruzalem, de tempel alleen maar uit verhalen.
Zo gaan 30, 40 jaar voorbij. Wat ga je dan anders denken dan: Onze vaderen hebben zich vergist We staan er alleen voor. Laten we maar gewoon proberen er hier en nu wat van te maken.
Ergens lijkt dat wel op onze tijd: Voor steeds meer mensen is God en geloof en kerk iets van vroeger, van opa en oma. Jezus een figuur die steeds kleiner wordt in de achteruitkijkspiegel.
Er zal wel iets zijn, een God of zo, Maar daar hoef je verder niets van te verwachten. Het leven is gewoon wat het is Niet per se een hopeloze zaak Als het je meezit kun je best wat van je leven maken en wat betekenen voor elkaar Als je geluk hebt valt er ook wel te genieten. Van vriendschap en liefde een comfortabel huis, uitgaan, verre vakanties. Maar verder maken we ons geen illusies: Morgen kan alles anders zijn.
Eigenlijk best treurig als je zo in het leven staat: proberen een beetje te genieten met de dood op de hielen proberen het ongeluk zien voor te blijven Want je weet: het haalt je op een kwade dag in.
Wat is uw enige echte troost? Troost die het uithoudt in voor- en tegenspoe? In leven en in sterven beide?
D Troost mijn volk. Die opdracht krijgt Jesaja voor dat groepje mensen in babel dat zich er allang bij neer heeft gelegd: deze ellende: t zal wel altijd zo blijven
Troost mijn volk Het is God die spreekt Hij laat weer van zich horen Hij hield zich verborgen Hij zweeg, jarenlang. Zo lang dat we gingen denken: er is geen God t is een vergissing om te geloven Er is alleen maar het hier en nu en morgen zijn we dood. Hij meldt zich!
Troost mijn volk. Hoort u dat? Mijn volk! Dat zijn ze nog steeds: dat kleine groepje in Babel dat alleen maar met overleven bezig is en nergens nog op durft te hopen. Toch mijn mensen: ondanks alles wat er in het verleden was gebeurd. Dat is nu voorbij, uitgeboet God laat zijn hart spreken.
En dan troost Jesaja: God zal komen en zijn volk terug brengen naar Israel, naar Jeruzalem En dit was geen zoethoudertje geen opium voor het volk dit is allemaal echt gebeurd: Een nieuwe koning komt aan de macht: Wie had dat durven dromen!
En later opnieuw is God gekomen: In Jezus...meer dan in wie ook heeft hij de liefde van God bewezen hartverwarmend aan mensen die nergens meer op rekenden niemand uitgesloten.
En toen hij werd afgewezen heeft hij volgehouden. En de liefde van God ingedragen tegen alle ongeloof en verzet en geweld tot in de dood aan het kruis. Zo liet hij zien dat God liefde is Liefde die ons verzet voor lief neemt die ons geweld wilde hebben, en ook kon hebben: Op de morgen van Pasen is Hij de levende De dood is dood.
E Dat betekent: Niet dood en ondergang liggen aan de basis van de wereld liggen Het fundament van de wereld
Ziekte en dood en ongeluk doen wel mee maar beslissend is: dat heel ons leven, heel de werkelijkheid gedragen wordt door de liefde van God. Hij heeft het eerste en laatste woord. Gods woord houdt eeuwig stand, hoorden we. (Jes 40:8; I Pe 1:25)
Dit is het goede nieuws, de blijde boodschap, de enige echte troost: dat we in ons leven, in deze wereld de liefde van God mogen verwachten. God komt, dat is Advent.
Daarom zijn we niet op de vlucht voor de dood niet krampachtig bezig zoveel mogelijk te genieten zolang het nog kan Wij vluchten niet, wij wachten...wij wachten op God, Wij verwachten, hopen, verlangen naar het doorbreken van zijn redding in onze nood van zijn vrede in onze strijd
En met dat verwachten komt God ook in ons tot leven Dan gaat zijn Geest in ons werken. Dan delen we ons brood met wie honger hebben Maken we tijd en aandacht voor wie eenzaam zijn. Dan zoeken we de vrede en leggen onze ruzies bij Zo leven we als kinderen van het licht
Zo bereiden we de weg voor wat God wil brengen Wij in zijn dienst. Nee, u bent niet te klein voor dat grootse werk: voor mismoedig pessimisme is geen plaats. En nee, u moet niet te groot zijn voor dat nederige werk: Trots en hoogmoed laten we varen.
Verhef de dalen, effen de hoogten die zich heffen tussen uw Heer en u.
Wat is uw enige, echte troost in voor en tegenspoed, in leven en in dood? Dat God zegt: mijn volk Ondanks alles wat er op ze valt aan te merken toch mijn mensen. Een leven lang. En daarna. door Jezus Christus onze Heer AMEN | ||
terug | ||