Num 6: 24 - 27
Num 6: 24 - 27
Num 6: 24 – 27 A Nog niet zo heel lang geleden komen er bij een opgraving in Jeruzalem 2 kleine zilveren kokertjes te voorschijn. Ze zijn heel oud, van het jaar 700 vChr. ongeveer. Daar staan kleine lettertjes op. Als die eenmaal ontcijferd zijn, staat er te lezen De HERE zegene en behoede je De HERE doe zijn aangezicht over je lichten en zij je genadig De HERE verheffe zijn aangezicht over je en geve je vrede De priesterljke zegen! Woorden die wij vandaag op het eind van de dienst horen klonken toen ook al, bijna letterlijk hetzelfde, honderden, duizenden jaren geleden. En wie weet hoe lang ze al in gebruik waren voordat ze werden opgeschreven. Als wij de zegen meekrijgen dan staan wij in een hele lange traditie. Duizenden mensen wisten zich gesterkt met deze woorden. Zo konden ze verder Durfden ze hun weg door het leven te zoeken en te vinden. De HERE zegene je en behoede je Van generatie op generatie zijn deze woorden overgegeven. Heel zorgvuldig. B Toch merk ik wel dat die woorden ons vreemd in de oren klinken. zijn aangezicht verheffen? een aangezicht dat oplicht? En zegenen, dat gebruik, waar is dat goed voor? Helpt het dan? Laten we eerst maar eens kijken hoe wij dat doen. Als mensen onder elkaar hoe en wanneer wij als mensen elkaar zegenen. “Mijn zegen heb je” zegt meneer de Groot. Hij heeft het tegen zijn buurman. Die heeft hem zojuist verteld dat hij zelf een boot gaat maken. Overdag werkt hij op kantoor en het leek hem wel leuk om in zijn vrije tijd iets heel anders te gaan doen. Niet dat hij zo handig is met hamer en zaag en lijmtangen “Maar al doende leert men, niet waar?” “Mijn zegen heb je” klinkt het van over de heg. Meneer de Groot ziet het duidelijk niet zitten. Eigenlijk zegt hij: Je bekijkt het maar / Je bent niet wijzer. Je redt je maar. Zoiets. Het omgekeerde van zegenen. Echt zegenen dat is wanneer Jan, monteur in de garage achterin de week zijn handen afveegt naar zijn leermeester stapt een beetje zenuwachtig en zegt: ik hoop dat u het niet erg vindt Maar ik heb hier het vak geleerd en veel ervaring opgedaan. Nu ben ik zover dat ik voor mezelf wil beginnen. En dan gaat zijn chef staan Hij zegt: Jan, Je hebt gelijk... je bent er klaar voor..je hebt het in je. En hij kijkt hem aan (hij verheft zijn aangezicht) en drukt hem de hand en zegt ontroerd: “Mijn zegen heb je...Er is werk genoeg. Laten we in de toekomst goede collega’s voor elkaar zijn.” Heel intens nemen ze afscheid. De woorden, de handdruk die aanblik van de chef voortaan gebrand in de ziel. C Dat is zegenen: Geen dorre formule opzeggen geen routineus uitspreken van de beste wensen maar echt, van hart tot hart, intensief elkaar sterkte en alle goeds toewensen. bv als iemand voor zichzelf begint of als je kind op kamers gaat: toe maar, we zijn trots op je het gaat vast goed : op eigen benen staan of als je je man of vrouw naar het ziekenhuis brengt schat ik hou van je, vecht ervoor we kunnen je niet missen als, noem maar op...... Op de overgang. Aan het begin van een tijd die nieuw voor je is spannend misschien, of moeilijk, of onzeker... Hij/zij moet de drempel over... Alleen verder... Alleen? Nee, toch niet helemaal alleen: Als het moeilijk is en Jan zich afvraagt: waar ben ik aan begonnen Dan klinken van binnen die woorden nog: je kunt het... en hij voelt weer die warme handdruk En hij ziet weer hoe het aangezicht van zijn chef licht voor hem op. Alsof zijn leermeester bij hem is. Zo gaat dat op de drempel En zo doet God het ook: zegenen wil Hij ons al die keren dat wij de drempel overgaan: Op de drempel van het leven klinkt in de doop al zijn zegen Bij het begin van een huwelijk, Als je een taak in de kerk op je neemt Op de drempel van zondag naar maandag D Helpt het dan? Nee, niet in die zin dat alles ongestoord en naar wens verloopt De zegen is geen magische toverspreuk die voor ongeval en ziekte behoedt. Juist omdat we zo heel goed weten dat het leven ons echt niet alleen vreugde en blijdschap zal brengen maar onherroepelijk ook moeite en verdriet... daarom ontvangen we de zegen... Om als Jan terug te denken aan toen, Om kracht te putten uit de herinnering aan die keer dat je je heel dicht bij God wist toen je knielde voor in de kerk toen je bij het doopvont stond. Terugdenkend is God ahw opnieuw bij je, in je je draagt hem met je mee, het leven in Zo belooft de zegen: Ik ben bij je op je werk en op school in je huwelijk...in het ziekenhuis Je kunt altijd op Mij terugvallen. E De drempel over...God bij...met jou onderweg Kun je daar iets van zien? In bevestigd worden? Wanneer licht zijn aangezicht voor je op? In de bijbel zijn dat allereerst de fijne en goede dingen als er vrede is in het land de akkers royale oogsten opbrengen als er kinderen geboren worden. Gewoon en toch zo bijzonder Voor wie er oog voor heeft, geloofsogen: Stuk voor stuk gezegende momenten alsof de zon over ons opgaat en alles verlicht en warm maakt Het aangezicht van God licht over je op... Even sta je in verbinding met de levensbron ontvang je nieuw vertrouwen, nieuwe hoop. Ontvang je nieuwe moed van de Eeuwige Toch leert de bijbel ons meer Niet alleen in voorspoed... Meest van al licht het aangezicht van God op in de Heer Jezus. Dan zien we dat God juist bij mensen in zorg en nood is. Bij zieken en melaatsen / Bij de hoeren en tollenaars / tussen 2 moordenaars aan het kruis. Bij hen is Jezus: En Hij is hun zon, hun licht Bij Hem komen ze op adem, In zijn aandacht en liefde en zorg en geduld vinden ze zichzelf terug zondaars ontvangen vergeving zieken vinden genezing Hij is het weer...zelfs hier, juist hier: bij mensen in een dal van diepe duisternis In die verhalen vinden wij vandaag kracht en moed en hoop die ons op de been kunnen houden Daarom hebben wij de bijbel en de kerk en de zondag daarom heeft God ons de doop en het avondmaal gegeven daarom laat Hij de Geest van Christus in mensen wonen Zo laat Hij ons de Here Jezus vinden Om blij in Hem te worden, gerust, hoopvol, ondanks alles. Wie zo de bijbel leest en op zichzelf betrekt merkt dat het aangezicht van God ons liefdevol is toegewend Komt een vrede op het spoor die alle verstand te boven gaat. F Abraham werd gezegend om tot een zegen te zijn. De zege is een geschenk met een opdracht Aan de gave zit een opgave Dat klinkt door in die tweede helft van de zegen: De Here verheffe zijn aangezicht over u Dan moet je denken aan vader of moeder en hun kind gaat al helemaal zelf naar school Vandaag is oom Kees uit Canada op bezoek zeg is dat jullie kind dat daar komt aangefietst? Ja, dat is er één van ons Blij en een beetje trots: Het hoofd een klein beetje omhoog. Zo spoort de zegen ons aan. ga zo leven dat God blij met ons kan zijn dat Hij zijn aangezicht kan verheffen en bij zichzelf zegt: Ja, dat is er één van Mij. Kan God dat? Zo naar ons kijken? Of zal Hij zijn aangezicht van ons afwenden zich voor ons schamen om hoe we zijn : zo hard bij tijden. Zo bezorgd om dingen die er niet toe doen Zo weinig voor de vrede in de weer en de gerechtigheid? Dat is er één van mij ... Deze is mijn Zoon Ooit zei God dat toen Hij naar de Heer Jezus keek Toen Johannes hem doopte in de Jordaan Later nog eens : op de berg van de verheerlijking En op derde dag, deze is mijn Zoon... toen kon de dood hem niet houden, toen werd het Pasen Wanneer kan God zijn aangezicht over ons opheffen en zeggen: dat is er één van Mij? Zou dat zijn als we op de Heer Jezus lijken Dichtbij hem zijn... Zijn vrede in ons laten wonen en werken? En met vallen en opstaan proberen werk te maken van dienen en delen, van vergeven keer op keer? G De HERE zegene en behoede je Eeuwenoude woorden Voor sommigen het sein om de jas dicht te knopen en het liedboek in de tas te stoppen Oud...versleten...sleur en routine het ligt dichtbij elkaar. Toch willen we ze niet vervangen door iets anders tot ziens, het beste en morgen gezond weer op dat klinkt wel eigentijds en vriendelijk maar het haalt het niet bij deze belofte, deze plechtige verzekering: de HERE doe zijn aangezicht over je lichten en zij je genadig Het is goed dat we deze woorden wel dromen kunnen. Dan kun je erop terugvallen. Soms kom ik bij mensen ernstig ziek nauwelijks aanspreekbaar nog Wat is het dan fijn als je deze zegen hebt En daarbij de handen kunt opleggen. Rijk en veelzeggend deze woorden, dit gebaar. Ga nu maar: de HERE verheft zijn aangezicht over je en geeft je vrede Zo gaan wij straks van hier als gezegende mensen De Heer zegt ons zijn nabijheid toe Je kunt dat alleen maar geloven, je ziet er niets van Straks naar huis is alles bij het oude gebleven. Abraham en vele gelovigen hebben het erop gewaagd Zij ontdekken dat God toch wel bij hun is, Zien? Soms even! Zo gaan wij op weg, het leven in tot eer van God tot zegen van velen AMEN | ||
terug | ||