Stadskerk?
Stadskerk?
Herbronning of vlucht in activisme? bij de plannen voor een stadskerk in Hardenberg Inleiding Onder 'stadskerk' verstaan we een kerkelijk centrum voor alle wijken. In Hardenberg zou het dan gaan om de Höftekerk met zalencentrum de Schakel. Op zon- en feestdagen worden er de kerkdiensten gehouden in de kerkzaal. Door de week vinden er in de bijbehorende zaalruimte de gebruikelijke kerkelijke activiteiten plaats als vergaderingen, vorming en toerusting, maar nu ook heel veel andere sociale, culturele en maatschappelijke activiteiten. Zie hieronder. Dat wordt als gewenst gezien om twee redenen: de kerkelijke gemeente is zo meer 'kerk naar buiten', en voor de exploitatie is het beter: het levert extra inkomsten op. Voor sommigen is dit een wenkend perspectief. Ze zien hier de toekomst van onze kerk. Voor anderen, onder wie ik zelf, is dat niet zo vanzelfsprekend. Dat heeft te maken met hoe ik de huidige situatie van de kerk beoordeel. Dan moet je eerst weten wat een christen en een kerkelijke gemeente eigenlijk is. Jezus Een christen is wat anders dan 'iemand die gelooft dat er wel iets is'. Niet dat ik wil afgeven op de zgn 'Ietsisten' of andere gelovigen (moslims, humanisten) maar een christen is een bijzondere gelovige: hij of zij heet naar Christus en met die titel is Jezus van Nazareth bedoeld. Over hem doet het verhaal de ronde dat hij vol van God was en dus eindeloos veel liefde aan mensen bewees en velen weer terecht bracht. Zoveel goedheid riep echter een heftige reactie op: hij werd gekruisigd en toen hij gestorven was begraven. Zo openbaarde zich in deze geschiedenis een fundamenteel probleem van ons mens-zijn: het geweld waarmee we Gods liefde afwijzen. In de taal van de bijbel 'zonde'. Maar hier houdt het verhaal over Jezus niet op. Alsof hij enkel kwam om ons te kijk zetten als mensen die niet deugen. Het verhaal gaat nl. op een verrassende manier verder: op de derde dag heeft God hem opgewekt uit het rijk van de dood. Gedurende een aantal weken verschijnt hij aan zijn leerlingen. Ze raken hem aan, spreken met elkaar, eten samen en hij zegent hen. Het verrassende zit hem niet alleen in deze verschijningen: wie maakte ooit zoiets - naar de mens gesproken - onmogelijks mee? Na de dood van hun meester rekenden de doodsbange leerlingen op van alles behalve dit. In deze gebeurtenissen schuilt nog een andere boodschap: Gods liefde in Jezus trok als een bliksemafleider het geweld aan. Hij wilde dat per se over zich afroepen (een heilig moeten), omdat wij onszelf er niet van kunnen bevrijden. De opstanding zegt: niet God is bezweken onder ons geweld, maar met de zonde werd afgerekend: de dood is dood. De liefde van God komt alles te boven. Volgelingen van Jezus Christenen zijn mensen die deze dingen geloven, dwz op zichzelf betrekken. Zij weten van het geweld dat ook in henzelf schuil gaat en dat alles bederft. Maar zij willen ook waar hebben dat God tegen hun kwaad is opgewassen. Zij houden het erop dat zij zich ondanks alles kunnen toevertrouwen aan God. Zij geven zich gewonnen aan de liefde die God hun bewezen heeft in Jezus. Zij weten zich verzoend met God omdat Hij hen voor zich heeft ingenomen. Daarmee zijn geloof, hoop en liefde gewekt. Geloof, oftewel vertrouwenen en moed waar eerst angst, wantrouwen en zorgen de toon aangeven. Hoop waar anders wanhoop, (pessimisme of optimisme) is. En liefde waar anders ikzucht, eigenbelang en geldingsdrang heersen. Zijn oude ik heeft plaats gemaakt voor Christus (Gal 2:20). Hij is opnieuw geboren (Joh 3: 1-6). Identiteit Het begint dus allemaal bij het juiste verstaan van de betekenis van Jezus' lijden en sterven aan het kruis en zijn opstanding ten derde dage. Dit is de bron. Hier ligt de identiteit van een christen-gelovige. Dit is zijn vreugde, zijn rijkdom, zijn houvast, zijn enige troost. Vervolgens zal hij/zij proberen Gods naam te heiligen, zijn koninkrijk te verhaasten, zijn wil te metterdaad te doen. Daarmee komt - dat kan niet anders en zo was het ook bij Jezus - de medemens in beeld. Deze moet het ook het verhaal van Jezus horen en een vrij mens worden: bevrijd van wantrouwen, wanhoop en wanliefde. En als de medemens ook nog andere problemen heeft - bv ziekte, armoede, verdriet, honger, eenzaamheid, verdrukking - dan moet hij daarmee geholpen worden. In zulke hulp wordt de liefde van God zichtbaar. Stadskerk? In de stukken van Kerkelijk Waardebeheer voor de stadskerk in Hardenberg valt op dat er weliswaar aandacht wordt gevraagd voor het spirituele-evangeliserende (missionair, p. 4). Het staat zelfs op 1. Maar catechese, vorming en toerusting ontbreken. Dan volgen er nog 5 andere punten die ook veel aandacht vragen. Onder andere: commerciële (koffiebar, boekwinkel, horeca-functie), culturele (muziek, toneel, exposities, lezingen), diaconale activiteiten (voedselbank, daklozenopvang). Op zich allemaal goede dingen, maar zal de naam van Jezus daar nog wel eens klinken? Iets anders: christenen die zich willen inzetten voor hun medemens kunnen toch al lang terecht als vrijwilliger bij de Voedselbank, het AsielZoekersCentrum, de Zonnebloem, in het verpleeghuis enz? Is er in Hardenberg werkelijk behoefte aan een extra koffietent, eethuis, expositie-ruimte, theater? En hebben we als kerk zoveel vrijwilligers in huis dat ze dat allemaal in de benen kunnen houden? Op een manier die de concurrentie aan kan met wat buiten de kerk te vinden is? Waarom gaan we eigenlijk dunnetjes over doen wat buiten de kerk al langer en professioneel gebeurt? Was het niet de bedoeling dat we iets nieuws zouden laten horen en zien? Wat in geen mensenhart is opgekomen? Verlegenheid Of is het uit verlegenheid dat we het niet meer over Jezus hebben en alle kaarten zetten op activiteiten die maatschappelijk relevant zijn, leuk of modieus? Ik bemerk in toenemende mate onkunde bij veel gemeenteleden over de basisprincipes van het christelijk geloof. Steeds vaker hoor ik algemeenheden als dat je 'een goed mens moet zijn' , dat 'je gelooft dat er wel iets is' en 'dat het met de dood niet uit is'. Dat heeft zeker z'n waarde. Maar voor zulk geloof hoef je niet naar de kerk. Geen wonder dat vele christenen, die in dat vage algemene geloven, de kerk gewoon links laten liggen want overbodig. Denken we nu echt dit gebrek aan relevantie voor iets-isten en randkerkelijken op te lossen door van de kerk een stadskerk te maken? Het komt er m.i. op aan het eigene, unieke van de kerk naar voren te brengen: het evangelie van Jezus, van kruis en opstanding, van een koninkrijk dat komende is, van de overwinning op de doodsmachten die het leven verknoeien. Niet dat ik verwacht dat je daarmee een grote kerk wordt. Maar het lijkt me wel meer kerk dan de stadskerk in de voorgestelde plannen. De plannen hoeven niet zo 'mager' uitgevoerd te worden als ze in de stukken voorgesteld worden. Een stadskerk ingevuld vanuit een stevige christelijke identiteit behoort ook tot de mogelijkheden. Maar ik ben er niet gerust op. Eerst zien, dan geloven. Herbronning Persoonlijk ben ik van mening dat het meer dan ooit nodig is dat de kerkleden opnieuw het evangelie geleerd wordt. De energie en middelen die nu in de stadskerk worden gestoken moeten niet afleiden van wat er m.i. echt moet gebeuren: de herbronning van de gemeente door met haar leden opnieuw het evangelie te spellen, een basale bijbelkennis bij te brengen, het gesprek over geloofsopvoeding aan te gaan, een christelijke levensstijl voor te leven. zie ook het kerkgebouw en spiegelverhaal en praktijkervaringen Dit artikel is oorspronkelijk een notitie die ik maakte om 7 sept 2021 in de kring van collega's besproken te worden. | ||
terug | ||