Zekerheid Zekerheid

Het EK voetbal is bijna voorbij, Nederland ligt er uit. Spanje zal wel winnen. Tenminste dat is mijn beredeneerde verwachting: Spanje liet dit tijdens dit EK volgens mij het beste voetbal zien. Trek die lijn door en je weet het. En anders heb ik me vergist. Geen man overboord. Merkwaardig genoeg zijn er ook mensen die hun verwachting over welk land er kampioen wordt, afstemmen op ezels, cavia's, dolfijnen en zelfs bacteriën. En dat allemaal omdat Octopus Paul bij het WK 2010 de uitslagen van het Duitse elftal goed wist te voorspellen. Buiten het voetbal is dit al langer aan de gang. Gorilla Jacko voorspelt al vanaf het jaar 2000 welke aandelen je beter weg kunt doen, en welke je moet aankopen. Door de jaren heen behaalde hij een rendement waar menig belegger jaloers op zou zijn.

Weten dieren wat de toekomst brengt? Of kun je dat aflezen aan de stand van de sterren? Aan de vlucht van de vogels zoals de Romeinen ooit dachten? Als je een beetje nuchter bent, zeg je dat dat onzin is. Laat een computer net als beursgorilla Jacko eenmaal per maand geheel willekeurig wat aandelen aan- en verkopen, hij zal eenzelfde resultaat halen als Jacko. Aan de stand van zon, maan en sterren kun je wel aflezen hoe laat het is, en voorspellen waar ze morgen of over duizenden jaren zullen staan. Maar ze maken je niets wijzer over jouw toekomst. Je krijgt geen antwoord op de vraag of je van een meisje of jongen zwanger bent, wat voor weer je op vakantie krijgt, of je je wel of niet moet laten opereren enz.

Toch zijn het juist deze dingen die ons naar de toekomst doen vragen. Dat is niet uit wetenschappelijke nieuwsgierigheid en zelfs niet uit zucht naar sensatie en het spectaculaire. Maar omdat we ons onzeker voelen over iets belangrijks. Er staat veel op het spel en wat nu? Waar doen we goed aan? Hoe moeten we kiezen? Omdat we er niet uit komen, het zelf niet zeker weten, ons zorgen maken en angstig voelen, zoeken we zekerheid in astrologie, bijgeloof, tarotkaarten enz. Het oude Israël meende zichzelf zekerheid te moeten verschaffen door van God een beeld te maken: het gouden kalf. Om maar iets tastbaars in handen te hebben. Als de angst regeert kunnen zelfs de dingen van het geloof - de ark, de tempel, Jeruzalem, de doop, het avondmaal, de Bijbel en de belijdenis - verkeerd gebruikt worden om maar zekerheid te krijgen.

Raar eigenlijk: als je iets niet zeker weet, waarom verdraag je dan niet die onzekerheid? Waarom je uitleveren aan één of andere vorm van toekomst voorspellen? Want dat doe je. En dat is niet zo onschuldig als het lijkt. Het kost je vaak geld, maar veel erger is dat je leven in de angst terecht komt. Sommigen beleven het demonisch: boze geesten die steeds meer macht over je krijgen. Angst, demonen, allebei een teken ervan dat je je van de ware God af beweegt. Je zekerheid is schijn, je rots drijfzand, je houvast wankel.

Onzekerheid hoort bij het leven. Daar kom je niet om heen en dat gaat ook nooit over. Echter, bij alle onzekerheid mag je één ding zeker weten: vandaag en morgen en daarna is God bij je, daar kun je op vertrouwen. Vertrouwen is een andere vorm van zekerheid: zonder uiterlijke garanties (sterrenbeelden, vlucht van vogels, kaarten, afgodsbeelden). Vertrouwen is geestelijk van aard. Het is een innerlijk zeker weten, een gerustheid waartegen de angst het moet afleggen. Uiterlijke zekerheden (Latijn securitas, vgl security zekerheid, veiligheid) roepen altijd zorgen en angsten op. Innerlijke zekerheid (Latijn fiducia, vgl fiducie in iets hebben) rust in God: in zijn liefde en trouw bewezen in Jezus Christus. In de beloften en aanwijzingen van zijn woord. Zo vind je ruimte, vrijheid, het ware leven door bij Hem te horen.

Abraham deed dat: vertrouwen. Hij verliet de zekerheden van familie, goden, geboortegrond om een onzekere toekomst te zoeken in de hoop op nageslacht en een stuk land. God had hem deze opdracht gegeven. Abraham kijkt ook wel naar de sterren, (Gen 15: 5), maar eerst heeft God hem geroepen (Gen 12: 1 - 3). En het is in opdracht van God dat hij naar de sterren kijkt. Het zijn niet de sterren die hem de toekomst voorspellen; dat doet God. Die legt uit wat Abraham in die sterren moet zien: een ontelbaar groot nageslacht. Abraham gelooft = vertrouwt God, en daar gaat het om (Gen 15: 6) zegt ook later Paulus (Rom 4: 3)

Op de vervulling van die belofte heeft Abram lang moeten wachten. Eén echte zoon (Isaäc) en een klein stukje land (een graf) dat is alles. Eigenlijk wacht hij er nog altijd op (Heb 11: 13 en 39) Toch: hij heet ‘de vader van gelovigen’ (Rom 4: 16) omdat hij vertrouwde dat God bij hem is, alle dagen die komen zouden. We zullen voor ons zelf niet meer rijkdom en geluk dan Abraham verwachten. De Bijbel leert ons niet een welvaartsevangelie, maar belooft ons kracht naar kruis. Christenen horen bij een gekruisigde Heer .

Als je God kent en bij zijn Woord blijft, lever je jezelf niet uit aan Jacko, Paul, sterrenbeelden, tarotkaarten of toekomst voorspellers of andere uiterlijke zekerheden. Je neemt de onzekerheden voor lief en stelt je vertrouwen op God die met je is, alle dagen die je krijgt (Mat 28: 20)

 

 

 

terug