Een toegewijd mens Een toegewijd mens

Een en al toewijding
Jezus leeft volkomen aan God toegewijd. Dat is zijn leven, zijn missie. Dat is hem alles waard, ook als de consequentie is dat hij zal sterven aan een kruis. Hij laat zich niet afschrikken, maar gaat zijn weg tot het bittere eind. Hij offert zichzelf op omdat dat de enige manier is om trouw aan God te blijven. “Waarlijk deze mens was een rechtvaardige” zegt de officier die erbij staat als Jezus sterft (Luc 23: 47). Zijn toewijding blijkt ook uit het feit dat hij soms Nazoreeër wordt genoemd. Dat is niet alleen 'iemand uit Nazareth'. Er klinkt ook in door dat hij een 'nazir' is, iemand als Simson, Samuël of Johannes de Doper, iemand aan God gewijd.

Oude Testament
In het Oude Testament is veel over offers te vinden. Beslissend is dat ze door God zijn ingesteld (Lev 17: 11) en aan de mensen aangeboden als een mogelijkheid om God te danken voor het goede, of om weer met Hem in het reine te komen. Maar voortdurend was er ook de kritiek van Jesaja en andere profeten: denk nou niet dat je je er met een offer van een dier van af kunt maken. Je moet wel oprecht zijn en berouw hebben. Het gaat om de intentie waarmee je dat offer brengt. Eigenlijk gaat het God helemaal niet om vlees en bloed van een dier, maar om gerechtigheid, dwz trouw aan Gods leefregels (Amos 5: 21 - 24). Het beste offer dat je geven kunt, dat ben jezelf door je aan Gods geboden te houden. In die zin is Jezus het volmaakte offer omdat hij volkomen aan God is toegewijd.

Pesach en het Paaslam (niet: de zondebok van grote verzoendag)
Jezus wist wat hem in Jeruzalem te wachten stond toen hij daar naar toe reisde om Pesach, het Joodse Paasfeest te vieren. Hij had ook een ander feest kunnen kiezen, bv dat van Grote Verzoendag in het najaar. Maar dat deed hij niet. Hij wilde blijkbaar niet dat zijn lijden en sterven met de zondebok van grote verzoendag zou worden geassocieerd, maar met Pesach. Dat is het feest waarbij Israel gedenkt hoe God door Mozes het volk bevrijdde uit het slavenhuis van Egypte. (Ex 12) Er werden dan lammetjes geslacht in de tempel en het vlees werd vervolgens in huiselijke kring opgegeten. In dit kader heeft Jezus zijn lijden en dood geplaatst.
Bij Paulus vinden we dat terug als hij schrijft dat ‘Christus, ons Paaslam is geslacht’ (1 Kor 5: 7). Jezus geeft zijn leven voor een nieuwe bevrijding. Zijn dood zal de overmacht van Gods liefde en trouw bewijzen. Zodat we ons gerust aan God durven toevertrouwen en onze angst voor dood en leegte niet meer hoeven te bezweren met de goden van onze tijd.

Bloed en Verbond
Voor zijn arrestatie heeft Jezus nog de Pesach-maaltijd met zijn leerlingen gebruikt. Bij het rondgeven van de beker met wijn spreekt hij van bloed dat uitgegoten wordt en van een nieuw verbond. Als christenen het heilig avondmaal vieren, denken ze aan deze dingen terug.
Bloed en verbond horen van oudsher bij elkaar. In Exodus 24 sluit God met Israel een verbond. Het bloed van de offerdieren wordt dan voor de helft tegen het altaar (symbool voor God) gegoten, de andere helft over het volk gesprenkeld. Zo scherpt het de deelnemers de ernst van het gebeuren in. De beide partners van het verbond, God en Israel, zijn voortaan als bloedbroeders op leven en dood met elkaar verbonden en staan voor elkaar in.
In de praktijk viel het van de kant van Israel tegen. Het verbond was gebroken en profeten spraken van een nieuw verbond. Jeremia zegt namens God: “Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en die in hun hart schrijven. Dan zal ik hun God zijn en zij mijn volk…Ik zal hun zonden vergeven en nooit meer denken aan wat ze hebben misdaan.” (Jer 31: 31-34). Door Jezus komt dat tot stand. God is voortaan op die nieuwe manier met zijn mensen verbonden.
Waar is dan het bloed dat bij een nieuw verbond hoort? Het Nieuwe Testament zegt dat dat vloeide toen Jezus stierf aan het kruis.

Vergeving en Verzoening
Die koppeling met bevrijding en verbond  is niet overal zo expliciet. Dan spreekt het Nieuwe Testament over Jezus die het Lam Gods is (Joh 1: 29 en 36). In zulke en andere teksten wordt lijden, dood en kruis geïnterpreteerd als een offer zoals Jesaja daarvan spreekt in zijn profetie over de lijdende knecht des Heren (Jes 53). Dat lijden heeft verzoenende waarde. Het moet wel haast dat Jezus zijn weg heeft voorgetekend gezien in deze profetie en zichzelf heeft opgevat als de lijdende knecht des Heren die zijn leven als een schuldoffer geeft. De manier waarop de evangelisten zijn passio vertellen, doen ook aan Jes 53 denken.

Dat is wel eens zo uitgelegd dat het offer nodig was omdat God bloed wilde zien. Pas door de dood van Jezus zou Gods woede om het kwaad van mensen tot bedaren zijn gekomen. Dit is duidelijk niet de bijbelse boodschap. Het is precies omgekeerd. Het offer is een geschenk van God aan mensen. “Ik heb jullie het bloed gegeven om er de verzoeningsrite mee te voltrekken, want bloed kan als levenskracht verzoening bewerken.” zegt Mozes namens God (Lev 17: 11; vgl Lev 10:17). Paulus (bv Rom 3: 25 en 2 Kor 5: 18v) en Johannes (bv 1 Joh 4: 10) maken duidelijk dat God de initiatiefnemer van de verzoening is. Het Lam heet niet voor niets 'Lam van God'. Het is Zijn geschenk. Het probleem van zonden die een belemmering zijn voor de omgang tussen God en mensen, lost Hij op. Het offer en bloed van Jezus is het aanbod van God aan mensen, een uitnodiging om spijt te betuigen en een nieuw begin te maken.Zie overdenking Joh 3: 14-16.

Hogepriester
In één bijbelboek is wel een heel duidelijke link tussen Jezus en Grote Verzoendag. Dat is Hebreeën. De onbekende schrijver duidt de betekenis van Jezus tegen de achtergrond van Jom Kippoer, het feest van de grote Verzoendag (Lev 16).
Tot de rituelen van dat feest behoort dat een bok symbolisch beladen wordt met de zonden van het volk en dan wordt weggejaagd de woestijn in. Maar daarin ziet Hebreeën niet de gelijkenis met Jezus. Jezus is niet de zondebok die verzoening bewerkt. Hoe zou dat ook kunnen? Een bok beladen met zonden is zo onrein, die kan God niet aangeboden worden als een offer. Hebreeën ziet de overeenkomst met grote verzoendag in iets anders: in de hogepriester die voor verzoening zorgt. Die functie is nu overgenomen door Jezus. Hij bemiddelt als een priester voor ons bij God in de hemel.

Resultaat
Door Jezus komt er een einde aan de vervreemding tussen God en mens. Het Nieuwe Testament zegt dat met beelden ontleend aan:

terug